K-Slim kuur
De eerste 4 Dagen
U start met de eerste vier ‘kuurdagen’ volgens onderstaand schema. Deze eiwitrijke startkuur dwingt het lichaam meteen aan zijn vetreserves te beginnen, omdat eiwitten nu eenmaal veel energie vragen om te verbranden. Deze energie wordt voor een groot deel uit uw eigen vetreserves gehaald.
- ’s morgens K-SLIM in een glas water, halfvolle melk of magere yoghurt 10.00 uur fruit
- ’s middags K-SLIM in een glas water, halfvolle melk of magere yoghurt 15.00 uur fruit
- 16.00 uur K-SLIM in een glas water, halfvolle melk of magere yoghurt ’s avonds salade
- 19.00 uur K-SLIM in een glas water, halfvolle melk of magere yoghurt
In een pot K-SLIM zit een maatschep. Per maaltijd K-SLIM gebruikt u twee afgestreken maatschepjes. Tijdens de vier kuurdagen is het belangrijk dat u voldoende water drinkt, minimaal 2 liter per dag. Er komen namelijk afvalstoffen in uw lichaam vrij en als u niet voldoende drinkt dan kan dat hoofdpijnklachten en obstipatie veroorzaken.
Tussen de maaltijden door neemt u fruit als ‘tussendoortje’.
U mag voldoende fruit nemen zoals kiwi, sinaasappel, peer of appel, maar géén zoet en zetmeelachtig fruit, zoals banaan etc. Het is belangrijk om het fruit ten minste een half uur voor de maaltijd te eten. Niet korter daarvoor en nooit als dessert direct na de maaltijd.
De K-slim Kuur vanaf dag 5
U neemt elke ochtend als ontbijt twee afgestreken maatschepjes K-SLIM in magere yoghurt.
Geen koolhydraten met vetten combineren.
’s Middags en ’s avonds mag u ‘normaal’ eten, mits u de juiste combinatie maakt. Dit houdt in dat u koolhydraten en vetten niet samen in één maaltijd gebruikt. Het is ofwel: koolhydraten met vezels, ofwel: vetten met vezels. Als u voor het eerst start met K-SLIM lijkt dit ingewikkeld, maar het is eenvoudig.
Voorbeeld: boterhammen. De meeste mensen zijn gewend om boterhammen te beleggen met kaas of vleeswaren. Dit is volgens de K-SLIM methode een foute combinatie. Boterhammen zijn koolhydraten en kaas of vleeswaren zijn vetten. Zowel koolhydraten als vetten zijn leveranciers van brandstoffen voor het lichaam. In één maaltijd levert de combinatie van beide een teveel aan energie op. Teveel aan energie in het lichaam dat niet direct verbrandt, word omgezet in vet. Het is daarom van groot belang de koolhydraten en vetten strikt gescheiden te houden in één maaltijd om zo het teveel aan energie, dat vetopslag veroorzaakt, te voorkomen. U eet dus koolhydraten in één maaltijd of vetten in één maaltijd, maar niet tegelijk. Boterhammen worden dan niet meer belegd met boter, kaas en vleeswaren maar met voedingswaren die bestaan uit koolhydraten of vezels zoals jam, appelstroop, rauwkost, aardbeien, tomaten etc.